In het kerkgebouw is het
crucifix
alom tegenwoordig: het symbool bij uitstek van het christendom.
Het beeld van de lijdende Christus aan het kruis krijgt in veel kerken de meest
opvallende plaats: onder de
triomfboog.
Meestal is dat de tevens overgang van het schip naar het
priesterkoor,
de plaats waar menige kerk een
oksaal had.
Het
triomfkruis
is bijna altijd enorm groot, soms hangt het, maar meestal staat het op de
triomfbalk.
Daarop is dan ook plaats voor andere beelden.
Bijna altijd staan (of stonden) links
Maria
en rechts
Johannes de Evangelist
onder het kruis. Samen vormen deze de
kruisgroep.
Een rijk uitgevoerd oksaal is in het algemeen voorzien van een triomfkruis zonder triomfbalk.
Soms heeft een kerk in plaats van een triomfbalk een
apostelbalk
op deze plaats als markering van het
koor.
Tekst: Jean Penders, 08-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders