De tierceron is de belangrijkste dragende
gewelfrib
van het laat-gotische
gewelf,
na de
kruisrib.
Het betreft dus een
secundaire rib.
Wanneer de kruisrib vervalt, zoals in veel
stergewelven,
moeten twee tiercerons de last dragen.
Vaak wordt de tierceron omschreven als de gewelfrib die vanuit
de
aanzet van het gewelf
vertrekt,
maar niet naar de (hoofd)
sluitsteen
loopt. De kruisrib wordt hierdoor uitgesloten, maar de
muraalboog
is ook geen tierceron.
Tekst: Jean Penders (03-2017). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders