Klik hier voor grote foto (met gegevens)
Roosvenster

Tot de mooiste onderdelen van de gotische kathedralen behoren de immense roosvensters.
Het roosvenster is de grootste vorm van het rondlicht. Het onderscheidt zich door de rijkere tracering, met bijvoorbeeld drielobben, vierpassen en visblazen, van het eenvoudiger radvenster, dat al in de romaanse architectuur voorkomt. Het doel van het roosvenster is het extra verlichten van de lichtbeuk aan de kant van de eindgevels van het schip en transept.
In de late gotiek worden de roosvensters opgenomen in een volledig opengewerkte glaswand, rustend op de tracering en de montants eronder. De zee van fel licht die de 16e-eeuwse zuidgevel van de kathedraal van Beauvais toelaat, geeft een heel andere sfeer dan de warme gloed die het veel donkerder glas-in-lood van het 13e-eeuwse rondlicht van de westgevel van Chartres geeft. Dit laatste is een overgangsvorm: een radvenster, gevat in een krans van rozetten.






Tekst: Jean Penders (03-2005). Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders