De gewone pyloon is een sierelement zonder constructieve betekenis.
Een
hekpijler
is een stevige constructie,
waaraan de vleugels van het inrijhek met hun hele gewicht opgehangen zijn.
Wanneer dergelijke pijlers naast een inrit staan zonder iets te dragen,
louter voor de sier, dan zijn het pylonen.
Zo zijn er nog veel plekken te vinden, waar een dergelijke loze,
relatief hoge constructies ter verlevendiging aangebracht zijn. Zo is een
balustrade soms voorzien van
hoog oprijzende pijlers, getooid met een bol of vaas.
In de
overgangsarchitectuur
kan de
voorgevel
opgetuigd zijn met pylonen, waarbij het soms lijkt
alsof de architect de aandacht af wil leiden van een ongelukkige
aansluiting van die gevel op een
kap met plat.
De
pylonen van hang- en tuibruggen
zijn wel onmisbaar.
Tekst: Jean Penders (01-2007). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders