Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Ontdempen

'Ontdempen' is het woord dat bedacht is om het tegengestelde van 'dempen' aan te geven. Voor de wat oudere lezers is het een van de beste illustraties van de zegswijze 'het kan verkeren'.
Het beeld van menige historische stad is de 20e eeuw aangetast door het dempen van grachten, waarbij vooral de stadsbuitengrachten het moesten ontgelden. Het verkeer - lees het autoverkeer - was in die dagen heilig en monumentenzorg nog geen breed gedragen verschijnsel. Het is voor een deel aan de dempingen te danken dat dit veranderde: in veel plaatsen pikte de bevolking het niet meer. 'De stad is van ons' was een nieuwe gedachte, die paste bij de protestgeneratie en de daardoor opkomende inspraakprocedures.
Toch zijn dempingen van alle tijden. Al in de tijd van de renaissance werd menig beekje in een binnenstad onder de grond gewerkt door het te overkluizen. Het werd doordoor een riool. Sterker nog: het bekendste riool uit de Romeinse tijd was de cloaca in Rome: een overkluisd beekje. Lang was er vooral bijval vanuit de bevolking te verwachten: de waterlopen waren in de middeleeuwen tevens riool en vuilstortplaats. De volksgezondheid was dan ook één van de argumenten voor het wegwerken van de waterlopen.
Net als bij de 'krotopruiming' als argument voor de sloop van eeuwenoude huizen, gold ook voor vervuilde waterlopen dat het probleem ook door onderhoud opgelost kon worden.
Inmiddels is het besef doorgedrongen (althans bij velen) dat het aantrekken van verkeer door singels te vervangen door rondwegen niets heeft oplost. En dat water in de stad een bijdrage aan de leefbaarheid betekent, mits goed schoongehouden natuurlijk. Daarom zijn veel steden begonnen de fouten uit het verleden ongedaan te maken: door de ontdemping van de stadsbuitengracht van Utrecht en de haven van Breda bijvoorbeeld. Het kost veel geld, maar het is het waard. Jammer alleen velen nu pas inzien dat de demping indertijd de beste illustratie is van de zegswijze 'geld in het water gooien'.

Tekst: Jean Penders (12-2006). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders