Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Margeroede

Wanneer een raam door roeden onderverdeeld wordt, is dit meestal volgens een regelmatig patroon. Een kleine roedenverdeling bevat per raam ruitjes die allemaal even groot zijn. Toen grote ruiten in zwang kwamen, wilde men op sommige plaatsen toch iets van een onderverdeling behouden, vooral in bovenlichten en glasdeuren werd één plaat glas vaak toch te saai gevonden. Vooral in de eerste helft van de 20e eeuw zien we regelmatig een patroon dat doet denken aan een ouderwets schoolschrift met kantlijnen. Er is wel een grote ruit, maar deze is aan alle kanten omzoomd door smalle stroken glas. Die vormen als het ware een 'marge'. Wanneer de vier roeden rechtdoor lopen, zien we rond de hoofdruit vier smalle ruiten en in de hoeken vier kleine vierkante ruitjes. Omdat het karakter van dit roedenpatroon met de formule '3 x 3 ruiten' niet adequaat omschreven is, spreken we van 'een bovenlicht met margeroeden' of, preciezer, 'een roedenpatroon met randmarge'.
Met margeroeden kan ook in het midden een strook glas omlijst worden, dat geeft een roedenpatroon met middenmarge.

Tekst: Jean Penders (04-2007). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders