Al bij de
Romeinen
was de schelp
een geliefd ornament.
Soms werden echte schelpen gebruikt, meestal werd het motief in het groot op
allerlei plaatsen toegepast als
ornament.
Het past vooral prima in alle velden die halfrond zijn,
zoals een
boogveld,
maar de driehoekige vorm komt ook voor.
Vooral de klassiek geörïenteerde stijlen strooien sindsdien
rijkelijk met deze schelpen.
Omdat in ornamenten de motieven meestal sterk gestileerd worden,
is de schelp als ornament niet steeds te onderscheiden van de
palmbladeren in de
palmetten
en zelfs de bladeren van de
wijnstok
krijgen in de
romaanse kunst
soms een schelp-achtige vorm.
Tekst: Jean Penders, 08-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders