Het rookkanaal is de gemetselde buis,
die de rook vanaf de
stookplaats
via een pijp naar buiten afvoert. Het kanaal is onderdeel van het omvattende begrip
'schoorsteen'.
Het
metselwerk
mag geen kieren vertonen,
want dan komt de rook, met al zijn giftige gassen, in huis.
Vanwege het noodzakelijke
onderhoud
toont het rookkanaal vaak vele herstellingen.
Niet zelden is het in de loop der tijden meer dan eens gedeeltelijk of geheel opnieuw opgetrokken.
Wanneer het langs een buitenmuur loopt, kan dit duidelijk te zien zijn.
Maar een rookkanaal kan ook herkenbaar zijn door het gebruik van andere steen,
die men geschikter achtte.
Zo is vaak gebruik gemaakt van kleine ijsselsteentjes.
Niet zelden is 'gemetseld' in
leem,
omdat die beter in staat is het uitzetten en krimpen door de forse
temperatuurverschillen op te vangen. Omdat de leem op den duur verpulvert,
is onderhoud dan wel van levensbelang.
Omdat de schoorsteen goed moet trekken kan deze het best boven de
nok
van het
dak
uitsteken.
Om een lange pijp buitendaks te voorkomen wordt het rookkanaal soms met opmerkelijk kunst- en vliegwerk
'
gesleept'
naar de nok.
Wanneer een huis meerdere stookplaatsen bij elkaar in de buurt heeft, kunnen deze samen omvat worden door één schoorsteenpijp.
Tekst: Jean Penders, 09-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders