In de brandgevaarlijke middeleeuwse
steden vormden de 'zachte daken' een probleem:
rieten dak
en stro waren bij een brand rampzalig.
Daarom werd het 'harde dak' bevorderd:
leien
en
daktegels
konden de vonkenregen bij een beginnende
stadsbrand
een tijdje doorstaan.
Er was echter ook een hard
dakbedekkingsmateriaal,
dat best wel wilde branden: houten plankjes.
Deze dakspanen werden meestal van dun
eikenhout
gemaakt, dat op maat
gekloofd
werd.
Het spanendak wordt ook wel
schindeldak
genoemd,
maar dat woord heeft ook een andere betekenis.
Het is vermakelijk om te zien dat in landen, waar spanendaken nog voorkomen,
deze soms rood geschilderd worden, om de indruk van de luxere
daktegels
te suggereren.
Ook gevels worden soms afgewerkt met soortgelijke spanen:
gevelspanen.
Tekst: Jean Penders, 05-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders