Bij een balkon denken we in de eerste plaats aan een kleine, aan een gevel
hangende buitenruimte.
Zoals het allerbekendste balkon: dat van
Romeo en Julia in Verona.
Dit liefdespaar bestond nooit en toch drommen de toeristen samen onder het balkon,
dat weer een kopie is van een ouder
(dat dus ook niks met het romantische verhaal te maken had).
Een echt balkon ligt in ieder geval niet op of dicht boven het maaiveld (zoals een bordes).
Het dus is hoog geplaatst tegen de
gevel
van een gebouw en van daaruit bereikbaar via de balkondeur.
Om ongelukken te voorkomen is een
borstwering
nodig, meestal een
balustrade.
Het balkon kan ook rusten op een erker.
Vaak heeft de woning, bijvoorbeeld vanuit de slaapkamer, een buitenruimte op het
platte dak
van de bijkeuken of een andere forse
aanbouw.
Dat is geen balkon, maar een dakterras.
Steekt de open ruimte niet buiten de gevel van het gebouw, dan is het een
loggia.
En wanneer een ruimte wel buiten gevel hangt, maar helemaal van
vensters
is voorzien,
dan noemen we het een
(hangende) erker.
Om het ingewikkeld te maken zijn er tal van
combinaties te vinden, zoals het
'Gouden dak' van Innsbruck,
waar een fraai overdekt balkon op een loggia lijkt en bovenop een erker geplaatst is.
Tot slot: het
'
Frans balkon'
is èn geen loggia, èn geen balkon.
Tekst: Jean Penders, 09-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders
